Gerard van de Loo

Uit OpenWiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

(1775-1814), de molennaar

Bestand:Gerard van de Loo.jpg
Gerard van de Loo

Hier kruisen twee of misschien wel drie voorouderlijke families elkaar. In Ottersum een dorpje direct aan de overkant van de Niers, komen we de notabele familie met de naam Van de Loo tegen. Deze Gerard van de Loo stamt af van ambtman ridder Johan von Loë, uit een oud adellijk geslacht, oorspronkelijk uit Westfalen. Peter’s achterkleinzoon Hendrikus Goossens zou trouwen met een zekere Maria Catharina van Well, ook nageslacht van diezelfde Johan von Loë. Namelijk via zijn officieel erkende bastaardzoon Bruen van den Loe.

De directe voorouders van Gerardus waren molenaars van de Aspermolen op de Niers. Hier kom ik nog op terug in mijn deel over het ridderlijk geslacht Von Loë en familie Van de Loo.

Vanaf 1777 bestuurde een zekere Welbert van den Bergh als kerkmeester de goederen van de Ottersumse kerk. Hij was daarbij ook verantwoordelijk voor de financiën van de kapel in 't Veld, gelegen in de omgeving van de Roepaen aan de rand van Ven-Zelderheide. De plaatsnaam Ven-Zelderhei wijst op twee gehuchten, die sedert vele eeuwen in elkaars nabijheid liggen: ’t Ven en landgoed Zelder met de heidegronden erom heen. In 1413 vinden we “het darp int Venne” genoemd. Deze woonkern lag tamelijk geïsoleerd omdat de Zelderse heide, die zich tussen ’t Ven en Ottersum uitstrekte toen nog woest en onontgonnen was. In die tijd verrijst er bij het Vense kerkhof een kapelletje dat door Hendrik en Aleida Busserhuze (1468) in hun testament rijkelijk met landerijen wordt begiftigd. Dit echtpaar ontleent hun naam aan het landgoed Busserhuze onder Ottersum, ook thans nog bij autochtonen bekend als boerderij ‘de Heuvel’.

Peter’s zoon Harry (31) trouwde op 6 april 1846 met de welgestelde Geertruij (Trui) Stoffelen (1818–1884), in de volksmond bekent was als “Trui van den Heuvel”. Het zou best wel een kunnen dat we het hier over dezelfde “De Heuvel” hebben. Na zijn vroegtijdig overlijden in 1782 bleef Anna Catharina Reintjes achter met de 8-jarige Willem en 4-jarige Anna Maria. Een onmogelijkheid voor de weduwe om de drukke herberg, de boerderij met 70 Ottersumse morgens en de wijnhandel te besturen. Anna Catharina vond na 2½ jaar een oplossing door op 19 april 1785 te Ottersum de 45-jarige weduwnaar Johannes Aengenent te huwen.

Het is een verschrikkelijk drama als in 1797 de stamhouder, Willem van den Bergh, op 23-jarige leeftijd overlijdt. Nog geen half jaar daarna overlijdt ook nog eens haar nieuwe man Joannes Aengenent, 57 jaar oud. Nu blijft Anna op de Roepaan met haar 18-jarige erfdochter Anna Maria van den Bergh achter. Hetzelfde jaar nog trouwt Anna Maria met landbouw-econoom Gerardus van de Loo uit Asperden. Het huwelijk tussen Anna Maria van den Bergh en Gerardus (Graodes) van de Loo, wordt op 28 november 1797 gesloten.

Gerardus van de Loo koopt in 20 november 1812 de kapel St. Antonius-kapel in ’t Ven met kluis en bijbehorende gronden als zijnde domeingoed, voor 3400 francs (het is de periode van de Franse overheersing) van de overheid. Hierdoor wist hij ook de kapel te kunnen behouden voor de gemeenschap. Hij beheerde de kapel alsof het niet zijn eigendom was, maar legde net als voorheen jaarlijks het oude bestuur van de kapel rekening en verantwoording af. Iedere week werd de heilige mis in de kapel opgedragen. Toen in 1823 rustigere tijden waren aangebroken is de kapel met goederen overgedragen aan het kerkbestuur van Ottersum. Wanneer Anna Catharina Reintjes op 3 februari 1814 op de leeftijd van 77 jaar sterft, komt De Roepaan, herberg, wijnhandel en boerderij met 140 hectare grond in volle eigendom van de familie Van de Loo.

Terug